Vervelend dat je de oorzaak niet goed kunt vinden. Je ketel is goed. De aanvoer van verse lucht is ook goed. De afvoer zou een probleem kunnen zijn, indien die echt niet trekt en dat ook getest is.
Ik vond nog het volgende over schoorstenen. Misschien helpt het bij het vinden van de oorzaak en oplossing:
Een traditionele schoorsteen wordt meestal opgebouwd uit baksteen. Deze vorm van rookgasafvoerkanaal voldoet minder en minder aan de nieuwe verwarmingsketels die nu geplaatst worden.
De moderne ketels hebben een hoger rendement En dus ook een lagere uitgangstemperatuur van de verbrandingsgassen wat kan leiden tot condensatie in het afvoerkanaal. Meer aangepaste materialen die heden ten dage gebruikt worden, zijn schoorsteenpotten uit keramisch materiaal, roestvrij staal of licht beton. Als schoorsteenvoering van een gemetste bestaande schoorsteen kunnen roestvrij staal, glas en kunststof worden gebruikt. Deze dienen dan ook een
ATG goedkeuring te hebben. Metalen schoorstenen dienen tegen april 2006 van de CE markering te beschikken.
III.1.2. Werking van een klassieke schoorsteen
De verbrandingsgassen die de stookketel verlaten, hebben een temperatuur die varieert tussen 120°C en 180°C. Eén van de zaken die een schoorsteen karakteriseert, is de trek of onderdruk.
Hoe hoger het temperatuursverschil tussen de verbrandingsgassen en de buitenlucht, hoe beter de trek en hoe beter ook de afvoer zal gebeuren. In de zomer zal een schoorsteen dan ook minder trek hebben dan in de winter. Daarom is de gebruik van een trekregelaar sterk aanbevolen.
De trek wordt niet alleen bepaald door de temperatuur, maar ook door de hoogte van het afvoerkanaal. Hoe hoger de schoorsteen, hoe hoger de trek zal zijn. Uiteraard moet de hoogte ook beperkt blijven (minimum hoogte = 4m), want hoe hoger het schoorsteenkanaal, hoe langer de verbrandingsgassen er kunnen verblijven. Daardoor hebben de verbrandingsgassen ook meer kans om af te koelen, wat kan leiden tot condensatie in de schoorsteen. De temperatuur waarbij
de waterdamp in de rookgassen vloeibaar wordt noemen we het waterdauwpunt.
Belangrijk voor een goede werking zijn ook volgende aandachtspunten:
III.1.3. De doorsnede
De doorsnede mag niet te groot, niet te klein zijn. Een correct dimensionnering is een MUST.
Daarvoor dienen de geldig normen gebruikt te worden.
III.1.4. Het traject
Het traject van het afvoerkanaal dient zo rechtlijnig mogelijk te verlopen. Iedere bocht of afwijking betekent een bijkomende belemmering. Veranderingen van doorsnede en/of vorm, zoals van een vierkantige naar een cirkelvormige vorm, worden best vermeden om plaatselijke drukverliezen te verhinderen. Maximum twee bochten met een hoek van max 45° zijn toegelaten.
III.1.5. De vorm
De meest toegepaste vorm is een rechthoekige of vierkantige doorsnede. Ideaal is een cirkelvormige doorsnede omdat hier het contactvlak of warmte-uitwisselingsvlak kleiner is voor eenzelfde grootte van doorsnede. De vorm wordt best constant gehouden over de hele lengte van het afvoerkanaal.
III.1.6. De binnenafwerking
De afwerking dient zo glad mogelijk uitgevoerd te worden. Hoe ruwer het kanaal binnenin, hoe groter de oppervlakteweerstand. Ruwere materialen zoals bij de traditionele gemetste schoorsteen zijn dus geen aanrader. In de handel zijn er specifieke schoorsteenpotten te verkrijgen.
Schoorsteenvoeringen uit roestvrij staal zijn ook een goede oplossing. De voegen van de voeringstukken dienen met de nodige zorg gedicht te worden en de opstelling dient dermate te zijn dat er geen water (condens) naar buiten loopt. Vanaf april 2006 mogen uitsluiten CE gemarkeerde schoorstenen gebruikt worden.
III.1.7. De thermische inertie
Een van de belangrijkste eigenschappen is de inertie. Een schoorsteen zal pas een maximale trek opbrengen nadat hij op temperatuur is. Op dat ogenblik koelen de gassen het minst af. Hoe sneller de schoorsteen op temperatuur komt, hoe beter. Een gemetste schoorsteen (of een betonnen prefab) bezit een hoge inertie. Een schoorsteen uit roestvrij staal (met isolatie) daarentegen bezit een lage inertie. Lichte (isolerende) schoorsteenpotten kunnen een volwaardig alter-
natief vormen.
III.1.8. De isolatie
Snel op temperatuur komen is belangrijk, maar de temperatuur behouden is dat evenzeer. Wanneer de verbrandingsgassen te sterk afkoelen en de temperatuur ervan onder het dauwpunt zakt, zal er condensatie optreden. Thermisch isoleren is dus de boodschap! De isolatie wordt aangebracht over de gehele lengte van het afvoerkanaal en moet kunnen weerstaan aan hoge temperaturen (ca 350°C). Bij het voeringen is het gebruik van materialen die aanleiding kunnen
geven tot zetting (losse isolatie) strikt verboden.